Stoer of stom (Kinderen voor Kinderen)
Kladden op de muren (muren.)Klieren in de lesHangen bij de supermarkt (supermarkt.)Zwaaien met een mes Pesten met een groepje (groepje.)Stenen door een ruitRoken op je tiende (tiende.)Straks misschien een spuit. Als dat stoer isAls dat stoer isMan, dan draai ik me wel omAls dat stoer isAls dat stoer isDa’s niet
Lees meer