Ik pluk de sterren van de hemel
Met mijn kleine, blote hand
En ik meng ze met wat schelpen
Die de zee vergat op ’t strand
Uit het bos graaf ik wat aarde
En ik kneed een dier uit klei
Het kan zwemmen en ook vliegen
Met vier vinvleugels opzij
In ee mand met tere bloemen
Gaat een stukje van de maan
Nog wat regen uit de wolken
En wat wind van een orkaan
Ik laat alles parfumeren
Rozengeuren overal
Eindlijk mijn eigen wereld
Met een klein, maar heel heelal
Enkel mensen blijven buiten
Heel mijn droomplek gaat op slot
Zij verknoeien al het leven
Maken alles maar kapot
Bronvermelding
Tekst en muziek: Karin Jacobs en Jelle Cleymans
Uitgebracht op: Op een surfplank naar de maan