Er zaten zeven kikkertjes
Al in een boerensloot
De sloot die was bevroren
De kikkertjes half dood
Ze kwekten niet, ze kwakten niet
Van honger en verdriet
Er zaten zeven kikkertjes
Al in een boerensloot
De jongste, die een wijsneus was
Zei tot zijn kameraads
Die malle nachtegalen
Wat hebben zij een praats
Was eerst het ijs maar in de dooi
Wij zongen net zo mooi
De jongste, die een wijsneus was
Zei tot zijn kameraads
De milde lieve lente kwam
Zij kwaakten d’oude wijs
Als zij dat zingen noemen
Wens ik ze weer in’t ijs
Ik geef die kikkers allemaal
Voor ene nachtegaal
De milde lieve lente kwam
Aij kwaakten d’oude wijs
Bronvermelding
Tekst en muziek: J.P. Heije en T. Steenhuis
Uitgebracht op: Onder moeders paraplu, In de maneschijn en Alle eendjes zwemmen in het water