Het land van vroeger (Kinderen voor Kinderen)
Ik zit weer op m’n kamer met de atlas in m’n hand
En buiten gaan er kinderen te keer
M’n vrienden maar ik hoor ze al niet meer
Want ik ben in gedachten weer vertrokken naar dat land
Het land van vroeger waar ik ben geboren
Ik zie weer hoge bomen voor een blauwe bergenrij
En houten huisjes haveloos en klein
En kinderen die ook aan ’t spelen zijn
Maar dit keer lijken al die vreemde kinderen op mij
En even zou ik bij ze willen horen
Natuurlijk weet ik best: Het leven is daar niet zo goed
Ik zou het niet voor Holland willen ruilen
Maar denk ik aan mijn moeder die daar ook nog leven moet
Dan moet ik wel ’s stiekem even huilen
Ik voel me soms een beetje als een boom die is verplant
En die, al groeit-ie door in vreemde grond
Blijft treuren om het bos waarin hij stond
Al heb ik hier een beter leven dan ik in dat land
Het land van vroeger ooit had kunnen krijgen
Mijn vader en mijn moeder hier die houden veel van mij
Dat laten ze me merken alle twee
M’n broer en zus die vallen ook wel mee
En als ze mij ’s pesten dat ik anders ben dan zij
Dan roep ik enkel: ‘Kijk toch naar je eigen’
Ik hou dus van mijn ouders van mijn broer en van mijn zus
Ik zou m’n hele spaarpot voor ze geven
Maar als ik aan mijn moeder denk, mijn échte moeder dus
Dan komen soms die tranen toch weer even
Ik zit weer op mijn kamer met de atlas in m’n hand
En zie wat ik al zoveel keren zag
En weet dat ik terug wil op een dag
Terug wil naar de mensen in dat verre vreemde land
Het land van vroeger waar ik van blijf dromen
Het land van vroeger om weer thuis te komen
Bronvermelding
Tekst en muziek: Jan Boerstoel, Henk van der Molen
Uitgebracht op: Kinderen voor Kinderen 10
Bron: kvk.vara.nl