Gingery Six, een wereldband
We zijn een band, we heten Gingery Six
We spelen wereldpop. Noem dat maar eens niks
Steeds op zoek, naar een nieuw geluid
In het westen, oosten in noord en zuid
Johnny speelt de doedelzak, een denderende “drone”
Is daarmee op zijn gemak, hij doet dat doodgewoon
Wat je bij hem nimmer ziet, dat is een schotse kilt
Zo’n ruiten rok, dat draagt hij niet, dat heeft ‘ie nooit gewild
Een Ghatam is een waterpot, bespeeld met stok of hand
Bij ons viel er al één kapot, dat kwam door Ferdinand
Was zo aan het swingen, achter in de oefenschuur
Kon zich niet bedwingen, sloeg de Ghatam van de muur
De panfluitiste heet Sofie. Ze tovert bamboe klanken
Het mooie van de melodie, is vaak aan haar te danken
Zingen doet ze minder goed. We laten haar maar fluiten
Als ze dan een solo doet, is zij niet meer te stuiten
Alice op de Didgeridoo lijkt nooit adem te halen
’t Reizen wordt zij ook niet moe. Zij kent veel reisverhalen
Is verliefd op Willem-Jan, dat is dus onze drummer
Over deze knappe man, schreef zij een prachtig nummer
Gitarist en zanger Hans is niet te evenaren
wisselt vaak van instrument en niet alleen gitaren
Ukelele, banjo, vedel, mandoline
Weet soms in een bluegrass band wat extra’s te verdienen
Bronvermelding
Tekst en muziek: Meneer Jan
Uitgebracht op: —